Wat zijn drugs eigenlijk?

Als ik ’s morgens een kopje koffie drink, voel ik me wat alerter... Na twee glazen wijn kan ik vlotter spreken.
Een lijntje coke geeft me een energiestoot.
Een slaappil maakt me rustig. En een pijnstiller dempt mijn tandpijn.
Al deze stoffen noemen we drugs. Drugs zijn stoffen die ons denken, voelen en waarnemen beïnvloeden. Er zijn verschillende hoofdsoorten. In voorlichtingsbrochures over drugs vind je meestal vier hoofdsoorten.

VERDOVENDE MIDDELEN – DOWNERS
Ze werken versuffend en verminderen pijn, angst en spanning. Voorbeelden van verdovende middelen zijn alcohol, heroïne, slaap- en kalmeringsmiddelen.

OPWEKKENDE MIDDELEN - UPPERS
Ze peppen lichaam en geest tijdelijk op en verdrijven de vermoeidheid. Ze zorgen vaak voor een alertere toestand. Voorbeelden van pepmiddelen zijn cafeïne, nicotine, cocaïne, amfetamine ofwel speed.

MIDDELEN DIE HET BEWUSTZIJN VERANDEREN - TRIPMIDDELEN
Ze veranderen de waarneming (zien, horen, ruiken, voelen, proeven) en maken dat je de werkelijkheid anders gaat beleven. Voorbeelden van zo’n middelen zijn marihuana, hasj, LSD en paddestoelen.

STIMULERENDE MIDDELEN MET HALLUCINOGENE EFFECTEN
XTC heeft naast een oppeppende ook een bewustzijnsveranderende werking.

Meer weten over de verschillende soorten drugs?
Ga naar ons overzichtelijk drugsschema (o.m. risico's, effecten,...)